Spring naar content

Blog: Samenwerken om gezondheidsverschillen te verkleinen

28 juni 2021

Zeven jaar is het verschil in levensverwachting tussen mensen met een lage en hoge sociaaleconomische status. En het verschil in hoe mensen hun gezondheid ervaren is zelfs 15 jaar*. Dat betekent dat mensen met een lage sociaaleconomische status zeven jaar eerder in de laatste levensfase terechtkomen. Dat verschil in jaren helemaal opheffen, is een utopie, dat weet ik. Maar ik blijf geloven in het belang van kleine stappen in de goede richting.

Naar het verschil in levensverwachting op basis van inkomen plus opleiding kijk ik vanuit drie perspectieven. Als mens verbaas ik me over hoe groot de verschillen zijn en over hoe oneerlijk dat is. Wanneer ik mijn sociologische bril op zet, zoek ik naar verklaringen. Welke factoren zorgen voor deze gezondheidsverschillen? En als beleidsadviseur bij Agora vraag ik mij af: wat betekent dit verschil voor mensen in de palliatieve fase en hun naasten? En kan ik met mijn werk bijdragen aan het verkleinen van die verschillen?

Probleem van ons allemaal

“Kijken naar gezondheidsverschillen kun je vergelijken met kijken naar de sterrenhemel”, zei Jet Bussemaker, hoogleraar en voorzitter van de Raad van Volksgezondheid & Samenleving, recent in een live webinar op het Eerstelijnscongres. Want: “Wat we nu waarnemen, is het resultaat van wat decennia geleden is ingezet. Zowel als het gaat om sterren als op het gebied van gezondheidsverschillen. De laatste zijn de uitkomst van complexe maatschappelijke ongelijkheid die heel lang doorwerkt en sluipenderwijs van generatie op generatie is doorgegeven.” Wat mij opvalt, is dat Jet aangeeft dat dit niet alleen een probleem is van mensen met een lagere levensverwachting, maar van ons allemaal. “Dit raakt aan onze maatschappelijke veerkracht en sociale cohesie. Het is een maatschappelijk probleem dat in tijden van corona nog zichtbaarder is geworden.”

Meer samenwerking zorg en sociaal domein

Gezondheidsproblemen stapelen zich vaak op en raken aan meerdere dimensies. Zo kan het zijn dat iemand die bij het welzijnsloket komt voor een scootmobiel eigenlijk een uitweg zoekt uit de eenzaamheid. Of dat iemand die met buikpijn bij de huisarts komt, eigenlijk met zingevingsvragen rondloopt. Om gezondheidsverschillen te verkleinen, pleit Jet daarom voor een oplossing vanuit meerdere dimensies. Goede samenwerking tussen zorg en het sociaal domein noemt ze daarbij essentieel. Huisartsen, sociaal werkers, psychologen, praktijkondersteuners, wijkverpleegkundigen, vrijwilligers en anderen in de wijk. Leer elkaar kennen, zegt ze. “Neem de tijd om met elkaar in gesprek te gaan. Betrek inwoners daarbij en ontdek samen wat zij nodig hebben. Sluit aan bij hun wensen en behoeften. Daarvoor moet je naar de hele context van de mens kijken.”

Zo kunnen we gezondheidsproblemen dus op meerdere fronten tackelen. Daar kom ik als medewerker van Agora in beeld. Want Jets visie sluit naadloos aan bij de opdracht van Agora: mensen en organisaties ondersteunen bij lokale samenwerking, zodat mensen in de palliatieve fase en hun naasten zich gehoord voelen. En optimaal kunnen léven tot het einde. Waarbij het aansluiten bij de hele mens essentieel is voor goede zorg en ondersteuning. Die samenwerking rondom mensen in de palliatieve fase en hun naasten gaat niet altijd vanzelf. Het vraagt de bereidheid om op elkaar af te stappen en elkaar persoonlijk en als deskundige echt te leren kennen. Agora ondersteunt dit proces onder meer door het organiseren van proeftuinen en webinars. We zien daar dat de meeste professionals en vrijwilligers zich zeker bewust zijn van de meerwaarde van samenwerking. Dat is de eerste stap.

Het is een kwestie van een lange adem

Jet Bussemaker

Lange adem, kleine stappen

“Het is een kwestie van een lange adem”, zegt Jet. En zo voel ik dat ook. Soms kijk ik naar de complexiteit van de opdrachten waar we met elkaar voor staan. De urgentie die de vergrijzing veroorzaakt, de uitdaging om zorg en ondersteuning voor iedereen toegankelijk te maken, de bewustwording dat alleen goede medische zorg in de laatste levensfase niet voldoende is …. Vanuit welke bril ik dan ook kijk, ik kan niet helpen dat ik soms denk: ‘Hoe gaan we dit ooit bereiken?’. Dan voel ik me machteloos. Relativeren helpt. Want als iedereen een stapje bijdraagt, werken we elke dag aan de goede richting. Zo’n stapje voor mij is bijvoorbeeld het bij elkaar brengen van honderden professionals en vrijwilligers via de videosessies die Agora organiseert vanuit het channel Palliatieve Benadering. De deelnemers werken in allerlei beroepen in zorg, sociaal domein en zingeving. Ze wisselen vaak aan de hand van casuïstiek kennis en ervaring uit over de palliatieve fase. De insteek is elke maand anders. Van deelnemers krijgen we steeds terug hoe verrijkend dit nieuwe perspectief voor hen is. Zij nemen deze ervaring mee naar hun organisatie en delen daar hun nieuwverworven kennis over het belang van samenwerking.

Zo werken we aan de samenwerking die zo belangrijk is om gezondheidsachterstanden te signaleren, gezond gedrag te stimuleren en sociale problemen en gezondheidsproblemen te verminderen. En zetten we ook de nodige stapjes op weg naar meer gelijkheid.

*bron: Raad van Volksgezondheid & Samenleving


Oud-Beleidsadviseur Zingeving en Sociaal Domein bij Agora
Julia Hulshof

Delen:

Actuele nieuwsberichten

‘De meeste mensen zijn bang voor het woord dementie, maar dat hoeft helemaal niet. Ik vind het niet leuk om het te hebben, maar bang ben ik er niet voor’, aldus Loes tijdens de webinar Sociale Benadering Dementie. En dit is precies de boodschap die de Sociale Benadering Dementie wil uitdragen. Dementie is een ingrijpende ziekte, maar het hoeft niet het leven van deze persoon te bepalen.
Iedereen wordt in zijn of haar leven vroeg of laat geconfronteerd met rouw, maar toch ervaren veel mensen rouw als taboe. Hoe zouden we beter om kunnen gaan met rouw? Anne Goossensen, hoogleraar aan de Universiteit voor Humanistiek en initiatiefnemer van Villa TrösT in Dordrecht reflecteerde op deze vraag in de webinar ‘Op weg naar een rouw-sensitieve samenleving’.
De sociale benadering is een beweging die op gang komt en die nog tijd nodig heeft’, aldus Iris van Bennekom, bestuurder van Agora, aan het eind van het congres Connecting Communities. Ook de politiek en beleidsmakers kunnen daarbij hun rol pakken. Deskundige sprekers gaven hun visie op ons gezamenlijk vermogen, en ook onze gezamenlijke verplichting en noodzaak, om samen voor kwetsbare anderen te zorgen in de laatste levensfase. Lees het impressieverslag.